13e maand uitkeren aan zieke werknemer?

Uit de wet volgt (kort gezegd) dat een zieke werknemer gedurende twee jaar recht heeft op 70% van zijn loon. Wat valt er onder het begrip loon? Kan een zieke werknemer bijvoorbeeld ook aanspraak maken op de 13e maand? Deze vraag is recent beantwoord door Rechtbank Zeeland-West-Brabant.

Wat speelde er?

In 2016 is een werkneemster in dienst getreden bij haar werkgever. Voordat de werkneemster in dienst trad, heeft de werkgever een e-mail gestuurd met de arbeidsvoorwaarden. Hierin stond onder meer: “13e maand indien het bedrijfsresultaat dit toelaat. (Ter info: is tot op heden nog elk jaar geweest).” In de arbeidsovereenkomst is ook opgenomen dat het aan de beoordeling van werkgever is of zij overgaat tot uitkering van een 13e maand. In 2016, 2017 en 2018 is er aan werkneemster een 13e maand uitgekeerd. In augustus 2019 heeft werkneemster zich ziekgemeld. In 2019, 2020 en 2021 heeft werkgever aan werkneemster geen 13e maand uitgekeerd. Na een ziekteperiode van twee jaar heeft de werkgever de arbeidsovereenkomst met toestemming van het UWV opgezegd wegens langdurige arbeidsongeschiktheid.

Werkneemster stelt dat de 13e maand een vast loonbestanddeel is geweest en dat de werkgever de 13e maand over de jaren 2019, 2020 en 2021 alsnog dient uit te betalen. Volgens de werkgever is de 13e maand nooit een vast loonbestanddeel geweest.

Hoe oordeelde de rechter?

Een arbeidsongeschikte werknemer heeft in beginsel gedurende twee jaar recht op doorbetaling van 70% van het naar tijdruimte vastgestelde loon. Tussen partijen is in geschil of de 13e maand een vast loonbestanddeel is geweest. In de arbeidsovereenkomst is opgenomen dat het aan de beoordeling van werkgever is overgelaten of in de maand december overgegaan zal worden tot uitkering van een 13e maand. Als gekeken wordt naar de tekst van de arbeidsovereenkomst, is de 13e maand dus geen vast (onvoorwaardelijk) loonbestanddeel en heeft de werkgever de vrijheid om deze wel of niet uit te keren.

Echter, in de praktijk heeft de werkgever elk jaar een 13e maand uitgekeerd. Dit heeft de werkgever bij aanvang van de arbeidsovereenkomst ook aan werkneemster laten weten (zowel in de vacaturetekst als per e-mail). Ook heeft de werkgever de 13e maand altijd uitgekeerd tot het moment dat de werkneemster ziek werd. Daar komt nog bij dat er twee werkgeversverklaringen zijn waarin is opgenomen dat er sprake is van een vaste (onvoorwaardelijke) 13e maand. Weliswaar is dat gezien de aard en het doel van een werkgeversverklaring niet allesbepalend, maar het speelt wel een rol bij de uitleg van wat partijen zijn overeengekomen.

Op grond van het voorgaande mocht de werkneemster, volgens de kantonrechter, redelijkerwijs verwachten dat de 13e maand een vast bestanddeel was dat ook bij arbeidsongeschiktheid uitbetaald zou worden. Dit betekent dat werkneemster aanspraak maakt op 70% van de 13e maande over het jaar 2019, 2020 en 2021.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant,
18 januari 2023

Meer weten?

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Door onze nieuwsbrief blijft u op de hoogte van alle ontwikkelingen rondom ons kantoor